📋 Over de oefentoets

Elke oefentoets bestaat uit 10 meerkeuzevragen, willekeurig gekozen uit een grotere database met honderden vragen.
Daardoor kun je dezelfde test meerdere keren maken zonder precies dezelfde vragen te krijgen – perfect om te blijven oefenen!

Tijdens de test krijg je twee soorten vragen, door elkaar gemixt:


🖊️ Type 1: Schrijf het antwoord
Je ziet een zin met een leeg streepje (___).
Je moet het juiste leenwoord invullen in het lege vakje.

Voorbeeld:
“Mijn zus kijkt elke avond naar een spannende ___ op televisie.”
→ Jij schrijft: serie


☑️ Type 2: Kies het juiste antwoord
Je ziet een zin met vier keuzemogelijkheden (a, b, c, d).
Je moet klikken op de juiste spelling van het leenwoord.

Voorbeeld:
“Papa draagt zijn mooie ___ naar het werk.”

a) kostuim
b) costume
c) kostuum
d) costuim
→ Jij kiest: c) kostuum


🧠 Let op:
De twee soorten vragen verschijnen door elkaar tijdens de toets.
Soms moet je een woord invullen, en soms moet je kiezen uit vier opties.
Kijk dus goed wat de bedoeling is voordat je antwoordt.

 

Resultaten

Fantastisch, taalheld! 🏆
Je laat zien dat je de moeilijke spellingsregels al stevig in je vingers hebt. Wil je jezelf nog meer uitdagen?

  1. Schrijf dagelijks een mini-verhaal en spoor er daarna minstens vijf spelfouten in op—net als een echte redacteur.

  2. Kies twee nieuwe werkwoorden, vervoeg ze in tt, vt en vdw, en controleer of je d/t-regel klopt.

  3. Bedenk superlange samenstellingen (speelgoed-winkel-manager) en zoek uit of er een koppelteken of tussen-n nodig is.
    Blijf nieuwsgierig: elke regel die je beheerst is weer een upgrade van je taal-superpower! 🚀

Geen stress—groei komt met oefenen! 🌱
Sommige regels lijken een doolhof, maar stap voor stap kom je eruit. Probeer het zo:

  1. Kleur-code: markeer ij-woorden geel en ei-woorden groen; zo onthoud je ze sneller.

  2. Hardop-hacken: lees lastige woorden langzaam voor en hak ze in klankgroepen (re-cre-a-tie) om de juiste letters te horen.

  3. Tussen-n-truc: vraag jezelf af of het eerste woord alleen een meervoud op -en heeft; is dat zo, schrijf dan een n (paddenstoel).

  4. Oefen online: maak dagelijks één spelletje of werkblad; herhaling maakt meester.
    Elke fout is een hint, geen mislukking. Doorzetten oefenen = groeien. Jij kunt dit! 💪🔤

Quiz starten

#1. Tekst: ‘Voor het schoolproject maak ik een presentatie op de ___. Het heeft een groot scherm en toetsenbord.’ Schrijf het juiste leenwoord:

Vorige
Volgende

#2. Tekst: ‘De stuntman gebruikt een speciale ___ voor zijn gevaarlijke sprong. Het ziet er spectaculair uit!’ Kies het juiste leenwoord:

Vorige
Volgende

#3. Tekst: ‘Mijn broer maakt een coole ___ over zijn skate-tricks. Hij wil beroemd worden op internet!’ Schrijf het juiste leenwoord:

Vorige
Volgende

#4. Tekst: ‘Voor het schoolfeest draag ik mijn nieuwe ___ broek. Hij zit heel comfortabel!’ Schrijf het juiste leenwoord:

Vorige
Volgende

#5. Tekst: ‘Omdat het regende, namen we een ___ naar de bioscoop. De chauffeur was heel vriendelijk!’ Kies het juiste leenwoord:

Vorige
Volgende

#6. Tekst: ‘In mijn lunchbox zit altijd een gezonde ___. Mama maakt ze met verse groenten!’ Schrijf het juiste leenwoord:

Vorige
Volgende

#7. Tekst: ‘Na het zwemmen gebruik ik altijd ___ om mijn haar schoon te maken. Anders wordt het heel vies!’ Schrijf het juiste leenwoord:

Vorige
Volgende

#8. Tekst: ‘Mijn favoriete ___ is het bouwen van legofiguren. Ik heb er al heel veel gemaakt!’ Schrijf het juiste leenwoord:

Vorige
Volgende

#9. Tekst: ‘Opa bewaart zijn klassieke motorfiets in de ___. Daar staat hij veilig en droog.’ Schrijf het juiste leenwoord:

Vorige
Volgende

#10. Tekst: ‘Mijn favoriete sport is ___ op ijs. Ik train drie keer per week in de ijshal!’ Kies het juiste leenwoord:

Vorige
Voltooien