📋 Elk oefentoets bestaat uit 10 meerkeuzevragen, willekeurig gekozen uit een grotere database met honderden vragen. Hierdoor kun je dezelfde test meerdere keren doen zonder exact dezelfde vragen te krijgen – perfect om te blijven oefenen

 

Resultaten

Fantastisch gedaan, leesexpert! 📚✨

Je hebt laten zien dat je begrijpend lezen goed onder controle hebt. Je aandacht en doorzettingsvermogen brengen je steeds verder. Klaar voor meer uitdaging?

  1. Signaalwoorden herkennen – Let tijdens het lezen op woorden als ‘omdat’, ‘maar’ en ‘daarom’. Ze geven structuur aan de tekst.
  2. Samenvatten oefenen – Probeer na het lezen van elke alinea kort samen te vatten wat je gelezen hebt.
  3. Vragen stellen – Stel jezelf vragen tijdens het lezen, zoals: ‘Wat wil de schrijver zeggen?’ en ‘Waarom gebeurt dit?’

Onthoud: «Goed begrijpen begint met goed lezen.» Ga zo door! 🚀📖

Geen zorgen, leesheld in spe! 🌟📘

Begrijpend lezen kan soms best lastig zijn, maar oefening helpt je vooruit. Probeer deze tips:

  1. Voorspellen – Kijk naar de titel en afbeeldingen en voorspel waar de tekst over zal gaan.
  2. Visualiseren – Stel je voor wat je leest. Zo begrijp je de tekst beter.
  3. Woordenboek gebruiken – Zoek moeilijke woorden op en noteer ze in je eigen woordenboek.

Onthoud: «Elke expert begon als een beginner.» Blijf oefenen, dan gaat het steeds beter! 💪📚

#1. Sophie vindt een zilveren masker bij een opgraving in Peru.

#2. Timo analyseert een groen monster in een laboratorium.

#3. Elise leest dat een ijsberg in Antarctica driehoekig is.

#4. Daan leest dat de ramen van een kathedraal van marmer zijn.

#5. Luna ziet een robot met drie armen op een technologiebeurs.

#6. Kasper observeert een vis met rode schubben in een koraalrif.

#7. Zoë leest dat een Mars-rover zonne-energie gebruikt.

#8. Thijs ziet een bronzen standbeeld in een museum in Egypte.

#9. Fleur vindt een rode bloem in een regenwoud.

#10. Max leest dat de wieken van een windmolen grijs zijn.

#11. Nina leest dat een Chinese manuscript van rijstpapier is.

#12. Sophie leest dat de lava van een vulkaan grijs is.

#13. Timo leest dat een telescoop drie lenzen heeft.

#14. Elise leest dat de romp van een onderzeeër zwart is.

#15. Daan leest dat een Romeinse brug vier bogen heeft.

#16. Luna leest dat een sari op een festival in India groen is.

#17. Kasper observeert een plant met ronde bladeren in een moeras.

#18. Zoë leest dat zonnepanelen een transparante coating hebben.

#19. Thijs leest dat een Inca-tempel van adobe is.

#20. Fleur leest dat een slee op de Noordpool zes honden heeft.

#21. Max leest dat een tapijt op een markt in Marokko geel is.

#22. Sophie gebruikt een seismograaf op een vulkaan.

#23. Timo vindt een zilveren kroon in een kasteel.

#24. Elise ziet een krokodil in een moeras.

#25. Nina ziet een rode lantaarn in een Japanse tempel.

#26. Tekst:Emma zit in de klas en bereidt een presentatie voor. Ze typt op haar laptop.Emma gebruikt een laptop.

#27. Tekst:Liam speelt voetbal op het veld. Hij scoort een doelpunt.Liam speelt basketbal.

#28. Tekst:Noor organiseert een schoolevenement. Ze hangt posters op in de gang.Noor hangt posters op.

#29. Tekst:Daan is in de bibliotheek. Hij leent een boek over geschiedenis.Daan leent een boek over sport.

#30. Tekst:Sophie is op een feest. Ze eet een stuk taart.Sophie eet een stuk taart.

#31. Tekst:Finn is in de klas. Hij gebruikt een tablet om informatie te zoeken.Finn gebruikt een boek.

#32. Tekst:Mila staat op het station. Ze wacht op perron 3.Mila wacht op perron 3.

#33. Tekst:Lucas is op een markt. Hij betaalt met zijn pinpas.Lucas betaalt met contant geld.

#34. Tekst:Zoë is thuis. Ze schrijft een opstel over duurzaamheid.Zoë schrijft een opstel over duurzaamheid.

#35. Tekst:Jesse is in het park. Hij eet een appel.Jesse eet een broodje.

#36. Tekst:Sara is in de klas. Ze krijgt applaus na haar presentatie.Sara krijgt applaus.

#37. Tekst:Mats is op een schoolreisje. Hij maakt foto’s in het museum.Mats maakt een video.

#38. Tekst:Jade is in de kantine. Ze drinkt een glas melk.Jade drinkt een glas melk.

#39. Tekst:Koen is op het schoolplein. Hij speelt basketbal.Koen speelt voetbal.

#40. Tekst:Tara is thuis. Haar moeder helpt mee met het kneden van het deeg.Tara’s moeder helpt met het kneden.

#41. Tekst:Noah is in een winkel. Hij koopt een blauwe rugzak.Noah koopt een rode rugzak.

#42. Tekst:Amir is in de klas. Hij schrijft drie zinnen voor een samenvatting.Amir schrijft drie zinnen.

#43. Tekst:Lisa is op een festival. Ze koopt een armbandje.Lisa koopt een armbandje.

#44. Tekst:Sam is in de klas. Zijn groep gebruikt posters voor hun project.Sam’s groep gebruikt een laptop.

#45. Tekst:Eva is op het strand. Haar broer maakt een foto.Eva’s broer maakt een foto.

#46. Tekst:Tom is in een sportwinkel. Hij koopt voetbalschoenen.Tom koopt een fiets.

#47. Tekst:Mila is in de klas. Ze schrijft een brief aan een penvriend.Mila schrijft een brief.

#48. Tekst:Finn is op een camping. Hij maakt een kampvuur.Finn maakt een kampvuur.

#49. Tekst:Sophie is in een museum. Ze bekijkt een tentoonstelling over dinosaurussen.Sophie bekijkt een schilderij.

#50. Tekst:Liam is in de kantine. Hij betaalt met een munt van twee euro.Liam betaalt met een munt van twee euro.

Vorige
Voltooien

Ondersteuning van het academisch succes van leerlingen in alle groepen met gratis oefenmateriaal en praktische tips.

© 2025 Cito Toets Voorbereiden. Alle rechten voorbehouden